
Foto: Shutterstock
Ook kinderen met een IQ lager dan 86 en met een taalontwikkelingsstoornis of dysfasie krijgen vanaf 1 september een-op-eensessies bij de logopedist terugbetaald.
Voor kinderen een IQ onder de 86 of een taalontwikkelingsstoornis is al sinds 1996 geen terugbetaling meer voorzien voor een-op-eensessies bij de logopedist. Een nieuwe wet uit 2019 moest dat rechttrekken, maar een uitvoeringsbesluit kwam er maar niet.
De redenering om de sessies niet terug te betalen was dat kinderen met zo'n laag IQ terechtkunnen in een Centrum voor ambulante revalidatie en het buitengewoon onderwijs, omdat zij baat hebben bij een multidisciplinaire aanpak. In de centra zijn er echter lange wachttijden, waardoor ouders van de betrokken kinderen al langer aan de alarmbel trekken. De federale regering bereikte in maart een akkoord rond de problematiek.
Vanaf 1 september worden een-op-eensessies dan ook terugbetaald voor patiënten met een taalontwikkelingsstoornis of dysfasie en met een performantieel of non-verbaal IQ of een ontwikkelingsquotiënt van lager dan 86. Om recht te hebben op een terugbetaling moet een IQ-test gebruikt worden uit een limitatieve lijst van het RIZIV en moet de IQ-score doorgegeven worden aan het ziekenfonds.
Vanaf 1 juli 2025 wordt dan een nieuwe terugbetalingsvoorwaarde van toepassing voor kinderen met een IQ lager dan 70. Zij moeten worden doorverwezen naar een erkend Centrum voor ambulante revalidatie voor het uitvoeren van een multidisciplinair bilan. Op basis van het resultaat wordt dan bepaald of het kind monodisciplinaire logopedie zal krijgen of een multidisciplinaire behandeling in een centrum.
Bron: Belga