
Foto: Shutterstock
Een van de problemen met Covid-19 vaccins is hun houdbaarheid. Onderzoekers hebben meer resistente kandidaat-vaccins ontwikkeld.
De onderzoekers hebben twee COVID-19 vaccinkandidaten gecreëerd. Een ervan is gemaakt van een plantenvirus, genaamd cowpea mosaic virus. De andere wordt gemaakt van een bacterieel virus, of bacteriofaag, genaamd Q beta.
Beide vaccins werden gemaakt volgens dezelfde recepten. De onderzoekers gebruikten cowpeaplanten en E. coli-bacteriën om miljoenen kopieën van respectievelijk het plantenvirus en de bacteriofaag te kweken, in de vorm van kogelvormige nanodeeltjes. De onderzoekers oogstten deze nanodeeltjes en bevestigden vervolgens een klein stukje van het SARS-CoV-2 spike-eiwit aan hun oppervlak. De eindproducten lijken op een besmettelijk virus, zodat het immuunsysteem ze kan herkennen, maar ze zijn niet besmettelijk voor dieren of mensen. Het kleine stukje Spike-eiwit dat aan het oppervlak is bevestigd, stimuleert het lichaam om een immuunrespons tegen het coronavirus op te wekken.
De onderzoekers wijzen op verschillende voordelen van het gebruik van plantenvirussen en bacteriofagen om hun vaccins te maken. Ten eerste kunnen zij gemakkelijk en goedkoop op grote schaal worden geproduceerd.
Een ander groot voordeel is dat plantenvirus- en bacteriofaagnanodeeltjes uiterst stabiel zijn bij hoge temperaturen. Daarom kunnen de vaccins worden opgeslagen en verzonden zonder dat zij gekoeld hoeven te worden opgeslagen. Zij kunnen ook worden onderworpen aan fabricageprocessen waarbij warmte wordt gebruikt.
Het doel is de mensen meer mogelijkheden te geven om een COVID-19-vaccin te verkrijgen en het vaccin toegankelijker te maken. Implantaten, die onder de huid worden geïnjecteerd en het vaccin over een periode van een maand langzaam vrijgeven, moeten slechts eenmaal worden toegediend. Micro-naaldpleisters, die zonder pijn of ongemak op de arm kunnen worden gedragen, zouden mensen in staat stellen het vaccin zelf toe te dienen.
In de tests werden de COVID-19 kandidaat-vaccins van het team toegediend aan muizen via implantaten, micronaaldpleisters of een reeks van twee injecties. Alle drie methoden leverden hoge niveaus van neutraliserende antilichamen in het bloed tegen SARS-CoV-2 op.
De vaccins hebben echter nog een lange weg te gaan voordat zij in klinische proeven kunnen worden getest. Het team zal testen of de vaccins in vivo bescherming bieden tegen infectie met COVID-19, alsmede zijn varianten en andere dodelijke coronavirussen.
Angela Chen, Veronique Beiss, Miguel A. Moreno-Gonzalez et al. Trivalente subunit-vaccin-kandidaten voor COVID-19 en hun toedieningshulpmiddelen. Tijdschrift van de Amerikaanse Chemische Vereniging