
Indien Johnson & Johnson zijn vaccin de komende tijd zoals beloofd begint te leveren, dan kan het vaccinatieschema worden gehandhaafd, al kan dat vandaag niet worden beloofd. Dat heeft professor Dirk Ramaekers, de voorzitter van de taskforce Vaccinaties, maandag verklaard in de Kamer. De onzekerheid daarover veroorzaakt enige ongerustheid.
Vlaams minister-president Jan Jambon en minister van Welzijn Wouter Beke kondigden gisteren/zondag aan dat elke Vlaming van achttien jaar en ouder tegen 11 juli een eerste spuit in de arm kan krijgen, indien de leveringen gebeuren zoals aangekondigd.
Ramaekers gaf in de Covid-commissie van de Kamer een stand van zaken van de leveringen en van de bestellingen voor de komende maanden. Moderna blijft met 158.400 leveringen tot nu toe beperkt met wat onregelmatigheden. Pfizer kende in het begin een hapering, maar levert nu elke week accuraat en zit aan ruim 1 miljoen vaccins. AstraZeneca zit met 475.200 maar aan de helft van wat werd beloofd. "Ontgoochelend", luidde het.
Bovendien verwacht Ramaekers dat AstraZeneca tijdens het tweede kwartaal maar op 40 tot 50 procent van het gehoopte aantal zal uitkomen. Dat zouden concreet 2 miljoen dosissen zijn, maar het kunnen er ook 1,8 of 1,9 miljoen zijn. De 4,6 miljoen dosissen van Pfizer zijn realistisch, terwijl Ramaekers ook verwacht de 900.000 vaccins van Moderna te halen.
En dan is er Johnson & Johnson, de "grote onbekende". Van dat vaccin worden er contractueel 1,4 miljoen verwacht. Oorspronkelijk was juli vooropgesteld, maar nu wordt de tweede helft van april voorzien. Het voordeel is dat er maar één spuitje nodig is van Johnson & Johnson, dus puur rekenkundig zou een tijdige levering het schema in evenwicht kunnen houden, ondanks de problemen met AstraZenica.
"Het probleem is dat we nog geen concreet getal hebben", aldus Ramaekers. Johnson & Johnson wil dat pas geven wanneer het helemaal zeker is, maar het zorgt voor toch wat "ongerustheid", geeft de professor toe. "Het mag nu komen." Voorlopig blijft de taskforce bij de projecties voor een eerste dosis einde juni, begin juli. "Als alles goed loopt met de leveringen kan het. Maar als er verder onzekerheden zijn, dan kunnen die gevolgen hebben."
Een tweede factor is de operationele werking van de vaccinatiecentra. Die moet immers up and running zijn om miljoenen vaccins toe te dienen.
Ramaekers kwam ook terug op het aantal spuiten en naalden dat in ons land ter beschikking staat voor de toediening van de vaccins. Dat zijn er "ruimschoots voldoende", benadrukte hij. In februari was er een risico op een tekort, maar het geneesmiddelenagentschap heeft toen snel bijkomende leveringen kunnen regelen. Afgelopen weekend stond de teller op meer dan 14 miljoen spuiten en naalden. Deze en volgende maand komen er daar nog telkens 10 miljoen bij.
Van het vaccin zij volgens zijn collega Sabine Stordeur 1.603 dosissen verloren gegaan. Dat zijn er een pak minder dan de 6.012 dosissen waar vorige maand sprake van was in de media. Dat kon bijvoorbeeld gebeuren omdat er in een rusthuis een elektriciteitspanne had plaatsgevonden, waardoor de voorradige vaccins onvoldoende koel konden worden bewaard, of wanneer er in de flacons barstjes waren opgetreden bij het ontvriezen.