Zoekveld

Meer duidelijkheid over modaliteiten voor erkenning van COVID-19 als beroepsziekte
10/07/2020 - 01:40
Foto: Shutterstock

Fedris, het federale agentschap voor beroepsrisico's, heeft meer duidelijkheid verschaft over de modaliteiten en de aanvragen voor het erkennen van COVID-19 als beroepsziekte. Tot voor kort werd COVID-19 enkel bij het zorgpersoneel erkend als beroepsziekte, maar enkele weken geleden werd beslist om die erkenning uit te breiden naar werknemers die tijdens de lockdown in een cruciale sector of essentiële dienst werkten en het coronavirus opliepen.

De medewerkers uit deze sectoren moeten aan twee bijkomende voorwaarden voldoen. Zo moet het enerzijds gaan om werknemers die geen telewerk konden verrichten of niet steeds 1,5 meter afstand konden houden door de aard van hun job. Anderzijds moet het SARS-CoV-2-virus zijn opgelopen tijdens de periode van de afzondering, namelijk van 18 maart tot 17 mei 2020. In de praktijk betekent dit volgens Fedris dat de ziekte - of de eerste symptomen - vastgesteld moet zijn tussen 20 maart en 31 mei 2020 aan de hand van een betrouwbare laboratoriumtest. "Slechts in uitzonderlijke ernstige gevallen kan de arts van Fedris de diagnose aanvaarden op basis van andere bewijzen. Besmettingen die na deze data worden vastgesteld komen niet in aanmerking voor vergoeding", aldus Fedris donderdag in een nieuwsbrief.

Een erkenning geeft recht op een vergoeding voor de gemaakte medische kosten, de tijdelijke of blijvende arbeidsongeschiktheid en een eventueel overlijden.

Fedris voegt er aan toe dat het cruciaal is dat aanvragen zo snel mogelijk ingediend worden, want de toekenning van de terugbetaling van de medische kosten kan hoogstens 120 dagen voor de datum van aanvraag ingaan, luidt het. Als de bedrijfsarts de aangifte indient voor de aanvraag, wordt de datum van de aanvraag vastgelegd op de datum van de aangifte.