
Foto: Shutterstock
Naar de genetische oorsprong van migraine is de laatste jaren intensief onderzoek gedaan. Ze leveren resultaten op!
De Duitse studie is zojuist gepubliceerd in Neurology. De onderzoekers analyseerden gegevens van drie groepen vrouwelijke deelnemers met episodische migraine. Allen hadden minstens drie dagen migraine gehad in de maand vóór de studie. De groepen waren: vrouwen met een regelmatige menstruatiecyclus, vrouwen die orale anticonceptiemiddelen gebruikten en vrouwen in de menopauze. Elke groep werd vergeleken met een groep deelnemers van dezelfde leeftijd die geen migraine hadden. Er waren 30 mensen in elke groep, voor een totaal van 180.
De onderzoekers verzamelden bloed en traanvocht om de CGRP-niveaus te bepalen. Bij vrouwen met regelmatige menstruatiecycli werden monsters genomen tijdens de menstruatie, wanneer de oestrogeenspiegels laag zijn, en op het moment van de ovulatie, wanneer de niveaus het hoogst zijn. Bij mensen die orale contraceptiva gebruikten, werden monsters genomen tijdens de hormoonvrije periode en tijdens de hormoongebruikende periode. Bij postmenopauzale deelnemers werden op een willekeurig tijdstip eenmaal monsters genomen.
Uit de studie bleek dat deelnemers met migraine en een regelmatige menstruatiecyclus hogere CGRP-concentraties hadden tijdens de menstruatie dan deelnemers zonder migraine. De migrainepatiënten hadden bloedspiegels van 5,95 picogram per milliliter (pg/ml), tegenover 4,61 pg/ml voor de niet-migrainepatiënten. In traanvocht hadden migrainepatiënten niveaus van 1,20 nanogram per milliliter (ng/ml), vergeleken met 0,4 ng/ml voor niet-migrainepatiënten.
Daarentegen hadden deelnemers die orale anticonceptiva gebruikten en postmenopauzale vrouwen vergelijkbare niveaus van CGRP in de migraine en niet-migraine groepen.
De studie toont ook aan dat CGRP-niveaus effectief kunnen worden beoordeeld in tranen...