
Foto: Shutterstock
Egypte, Kenia, Nigeria, Senegal, Zuid-Afrika en Tunesië zijn de zes eerste Afrikaanse landen die via de "tech transfer hub" patentloze mRNA-vaccins mogen produceren. Dat heeft directeur-generaal Tedros Adhanom Ghebreyesus van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) vrijdag bekendgemaakt in de marge van de tweedaagse Afrikaans-Europese top in Brussel.
De WHO investeerde vorig jaar bijna 90 miljoen euro in de tech transfer hub, een soort van kenniscentrum waarin het Zuid-Afrikaanse biotechnologiebedrijf Afrigen samenwerkt met het onderzoeksinstituut SAMRC en vaccinbedrijf Biovac. Vanuit dat kenniscentrum moet de mRNA-technologie verder verspreid worden naar ontwikkelingslanden om de vaccinkloof te dichten. Momenteel hebben Pfizer, BioNTech en Moderna een monopolie op de productie van mRNA-vaccins tegen het coronavirus, maar nu krijgen de zes Afrikaanse landen ook toegang tot de mRNA-technologie.
"Geen enkele gebeurtenis zoals de coronapandemie heeft aangetoond dat vertrouwen op slechts een handvol bedrijven voor het leveren van publieke goederen beperkend en gevaarlijk is", zegt WHO-topman Tedros.
Wereldwijd heeft ongeveer 62 procent van de bevolking minstens één vaccin gekregen. In Afrika daarentegen is amper 11,3 procent van de bevolking volledig gevaccineerd. Daarnaast is slechts één procent van de vaccins die in Afrika worden uitgedeeld, er ook geproduceerd.
"Het is niet aanvaardbaar dat Afrika steeds achteraan in de rij komt te staan wanneer het gaat over vaccins", reageert Cyril Ramaphosa, de president van Zuid-Afrika. "We zijn dankbaar voor de steun en vaccindonaties die we krijgen, maar dit is geen duurzame oplossing."
Daarom is het noodzakelijk om de mRNA-technologie openbaar te maken en te delen zodat het continent zelf aan de slag kan gaan met vaccinproductie, klinkt het.
"We hebben veel gesproken over de productie van mRNA-vaccins in Afrika. Maar dit gaat nog verder. Dit is door Afrika ontworpen en geleide mRNA-technologie", reageert voorzitter van de Europese Commissie Ursula Von der Leyen. "Dit is een perfect voorbeeld van wat we kunnen bereiken wanneer we de krachten bundelen."
Ramaphosa sloot zich, net zoals de leiders van de vijf andere gekozen landen, hierbij aan. "Dit betekent wederzijds respect, wederzijdse erkenning van wat we allemaal kunnen bijdragen, investeringen in onze economieën, investeringen in infrastructuur en in veel opzichten iets teruggeven aan het continent." Bovendien hoopt hij dat de kennis snel met andere Afrikaanse landen kan gedeeld worden.
De VN-organisatie zal de zes gekozen landen ondersteunen bij de uitrol van hun vaccinproductie. In maart opent de WHO een opleidingscentrum, waar het belangstellenden zal onderrichten in wetenschappelijk en klinisch onderzoek en productiecapaciteit.
Bron: Belga