Zoekveld

12,5 procent van zorgverleners loopt hoog risico op burn-out
30/09/2025 - 02:58
Foto: Shutterstock

12,5 procent van de Belgische zorgverleners loopt een hoog tot zeer hoog risico op burn-out. Dat blijkt dinsdag uit de nationale welzijnsenquête Be.well.pro, gecoördineerd door de FOD Volksgezondheid in samenwerking met Sciensano.

De Welzijnsbarometer liep van 13 januari tot en met 23 maart 2025. Bedoeling was het werkgerelateerde psychologische welzijn van zorg- en hulpverleners in België in kaart te brengen. Daarvoor werd gepolst bij bijna 35.000 mensen uit meer dan 40 verschillende beroepsgroepen: personeel van ziekenhuizen en woonzorgcentra, eerstelijnswerkers, specialisten in de geestelijke gezondheidszorg en medewerkers uit de sociale hulpverlening.

Uit de enquête blijkt dat veel van hen positieve werkelementen ervaren zoals sociale steun, autonomie en verbondenheid. Toch komt uit het onderzoek ook naar voor dat 12,5 procent van de bevraagde zorgverleners een hoog tot zeer hoog risico loopt op burn-out. Vooral jongere leeftijdsgroepen (25-44 jaar) en bepaalde beroepsgroepen, zoals verpleegkundigen en artsen in opleiding, scoren hoog.

Ook voor burn-out gerelateerde uitputting zijn de scores hoog. 41,4 procent van de respondenten voelt zich mentaal of fysiek uitgeput door het werk en kan zich in grote mate vinden in de stellingen "Op het werk voel ik me geestelijk uitgeput" en "Ik raak maar niet uitgerust nadat ik gewerkt heb."

Uit het onderzoek blijkt ook dat 8,4 procent van de bevraagde zorgverleners weinig tevreden is over het werk. Dat percentage is vooral hoog bij onder meer arts specialisten in opleiding en ambulanciers niet-dringend patiëntenvervoer. 25 procent van de respondenten voelt zich daarnaast onvoldoende gewaardeerd.

Bovendien ziet slechts de helft van de respondenten zichzelf tot aan het pensioen in de huidige job blijven. Toch zou driekwart dit wel willen doen als het werk aangepast wordt. Wat betreft werk-privébalans zegt 68,6 procent dat het werk een negatieve invloed heeft op het privéleven.

De studie formuleert ook een aantal aanbevelingen. Een daarvan is structureel in te zetten op een betere werk-privébalans, onder meer door aanpassingen in werkorganisatie, werkduur en dienstroosters. "Maatregelen zoals rotatiemodellen, intervisie, caseloadbeheer en psycho-educatie rond grenzen stellen, zijn daarbij essentieel, zeker voor jongere medewerkers en klinisch intensieve beroepen", aldus nog de onderzoekers.

Een andere aanbeveling is te investeren in leiderschap dat mentaal welzijn vooropstelt. Leiderschapstrajecten moeten niet enkel managementvaardigheden versterken, maar vooral inzetten op mensgericht en welzijnsgericht leidinggeven, luidt het.

De resultaten tonen dat noden sterk variëren per beroepsgroep en per leeftijdscategorie, zeggen de onderzoekers ook. "Een eenvormig welzijnsbeleid volstaat niet. Specifieke noden van jonge instromers, bijvoorbeeld artsen in opleiding, vragen een andere aanpak dan medewerkers in latere loopbaanfasen. Denk bijvoorbeeld aan mentorschap en startende coaching trajecten."

"We zien vandaag een hoge uitval door burn-out. Daarom zetten we in op mentaal welzijn: snelle begeleiding bij signalen van burn-out, betere work-life balans, loopbaanbegeleiding, doorgroeimogelijkheden en voldoende kinderopvang", zegt minister van Volksgezondheid Frank Vandebroucke (Vooruit) in een reactie op de bevraging.

"De stem van het zorgpersoneel nemen we ernstig: de resultaten van die bevraging nemen we mee, in het bijzonder bij de voorbereiding van een nieuw sociaal akkoord", aldus nog  minister Frank Vandenbroucke.

bron: belga