
Het is al lang bekend dat er verschillen zijn in de insulineproducerende b cellen van de alvleesklier. Een nieuwe studie heeft echter hun specifieke kenmerken aan het licht gebracht.
Onderzoekers hebben twee verschillende subtypes ontdekt van de insulineproducerende β-cellen, ßHI en ßLO, die twee verschillende maar noodzakelijke functies vervullen bij de beheersing van de bloedsuikerspiegel. Deze ontdekking zou kunnen bijdragen tot de ontwikkeling van nauwkeurigere behandelingsstrategieën voor diabetes door de verhouding tussen de β-celsubtypes bij transplantaties aan te passen om een optimale werking te garanderen. De wetenschappers identificeerden ook verschillen in het aandeel van elk subtype bij diabetes, waarbij ßHI-cellen vaker voorkomen bij diabetes type 2. De subtypes kunnen worden gescheiden door de aan- of afwezigheid van een eiwit genaamd CD24, dat een essentieel instrument is om elk celtype grondig te bestuderen.
De studieresultaten veranderen ook het begrip van de ontwikkeling van β-cellen, aangezien epigenetische dosering, eerder dan transcriptiefactoren, werd geïdentificeerd als de drijvende kracht achter de beslissing van β-cellen om ßHI of ßLO te worden. Dit is de eerste keer dat is aangetoond dat epigenetische dosering de verhouding tussen verwante celtypen verandert. Epigenetische dosering verwijst naar de hoeveelheid epigenetische markeringen die genen vertellen wanneer ze actief of stil moeten zijn. De onderzoekers identificeerden een epigenetische markering genaamd H3K27me3 als een belangrijke factor in de differentiatie van β-cellen. In deze nieuwe studie ontdekten zij dat de bepaling van deze markering het aantal ßHI-cellen versus ßLO-cellen controleert en een nieuw doelwit vormt voor mogelijke nieuwe diabetesbehandelingen.
Deze ontdekking is belangrijk omdat zij een beter inzicht verschaft in de werking van β-cellen en nieuwe mogelijkheden biedt voor de behandeling van diabetes. De ontdekking van specifieke β-celsubtypes en hun aandeel in diabetes maakt de ontwikkeling van preciezere behandelingen mogelijk door de verhouding tussen β-celsubtypes in transplantaties aan te passen om een optimale werking te garanderen. Bovendien opent de ontdekking dat epigenetische dosering, in plaats van transcriptiefactoren, de verhouding tussen verwante celtypes regelt, nieuwe mogelijkheden voor mogelijke nieuwe behandelingen van diabetes. Epigenetische veranderingen kunnen worden teruggedraaid, wat nieuwe mogelijkheden voor behandeling biedt.
Epigenetic dosage identifies two major and functionally distinct β cell subtypes