
Wetenschappers van VIB-KU Leuven zijn erin geslaagd om precies te voorspellen wanneer iemand een vroege en zeldzame vorm van Alzheimer zal krijgen. Het gaat om de vorm van Alzheimer die genetisch overdraagbaar is en zich op jonge leeftijd manifesteert. Dat heeft VIB-KU Leuven vrijdag bekendgemaakt. De wetenschappers ontdekten een correlatie tussen amyloïd-betafragmenten, een bepaalde molecule in het brein, en de leeftijd waarop symptomen starten.
In de meeste gevallen is de ziekte van Alzheimer niet erfelijk en treden symptomen pas op na de leeftijd van 65 jaar. In erg zeldzame gevallen kan Alzheimer echter genetisch worden doorgegeven. Meestal manifesteert deze vorm van de ziekte zich op veel vroegere leeftijd: mensen met de leeftijd van veertig of vijftig jaar, of soms zelfs twint ig of dertig jaar, kunnen met Alzheimer-symptomen te maken krijgen.
Wetenschappers van VIB-KU Leuven, onder leiding van professor Lucía Chávez-Gutiérrez, zijn er nu in geslaagd te weten te komen wat de ziekte uitlokt. De wetenschappers keken specifiek naar de amyloïd-betamoleculen, omdat ontdekte genmutaties bij deze Alzheimerpatiënten allemaal een rol speelden bij de vorming van deze moleculen in de hersenen.
Waar het bij andere vormen van Alzheimer fout loopt met de afbouw van de amyloïd-betafragmenten, is er bij de erfelijke vorm van de ziekte een probleem met de productie. "De fragmenten zijn langer dan de normale amyloïd-betafragmenten die mensen zonder symptomen hebben", verduidelijkt professor Chávez-Gutiérrez. "Daardoor hebben ze de neiging om zich samen te groeperen en samen te blijven. Dat maakt het moeilijker om hen uit het brein te krijgen, en zo de ziekte te doen afremmen."
De onderzoekers zagen dat wanneer iemand meer van deze langere amyloïd-betafragmenten produceerde, de Alzheimer-symptomen al vroeger optraden. Dankzij deze ontdekking kon het team de leeftijd van mensen inschatten waarop de eerste symptomen zich voordoen.
De uiteindelijke vraag van de wetenschappers is of ze dankzij de bevindingen het manifesteren van de ziekte ook kunnen uitstellen, zodat Alzheimer pas later tot uiting komt. "Die vraag kunnen we nog niet beantwoorden", zegt professor Chávez-Gutiérrez, "maar onze resultaten wijzen er wel op dat vervolgonderzoek hiernaar de moeite kan lonen. Heel specifiek willen we op zoek gaan naar therapieën die de amyloïd-betaproductie kunnen bijsturen zodat eerder kortere dan langere fragmenten geproduceerd worden."
Bron Belga